Om nog wat meer van de toeristische route af te geraken besloot ik Ellen's nicht Ashley te gaan opzoeken in Quy Nhon, een provinciaal stadje dat nog niet echt gewoon is om met toeristen om te gaan. De reden daarvoor is dat ze er simpelweg niet komen... Na een death ride in een minibusje (dodentol: 1 hond), bereikte ik Ashley's appartement en werd begroet met volgende quote 'leuk om nog eens Antwerps te horen', gevolgd door een decadent doch superlekker visdiner van een half miljoen dong. De volgende dag verkende ik de stad te voet en bezocht ik onder andere het strand, de Long Khanh pagode (waar ik hartverwarmend vriendelijk door een oude non ontvangen werd - we konden niet praten maar begrepen elkaar), de vismarkt en wandelde rond het Sinh Thai meer. Ik voelde me een beetje een alien daar: quasi alle kinderen roepen 'hello' naar je en de volwassenen gapen je na omdat ze er zo weinig blanken zien. De volgende dag fietste ik over het schiereiland langs de vissersdorpjes voor zover de modder me dit toeliet. Tussendoor gaf Ashley me meer uitleg over de Vietnamese cultuur en gebruiken, haar werk in de waste management sector, de middelen die de meisjes gebruiken om maar niet bruin te worden (hoed, paraplu, mondmasker en lange handschoenen), schaafde mijn zeer beperkt Vietnamees bij en leerde me de locale keuken kennen, onder andere een drankje gemaakt van zwaluwenspeeksel. Ook de Vietnamese manier van fietsen intrigeert me enorm: met 2 (soms zelfs 3) op 1 fiets en 4 voeten op de pedalen waarbij de achterste bij regenval de paraplu vasthoudt - dat lijkt me iets voor in het Antwerpse klimaatplan!
To divert a bit more from the touristic route I decided to visit Ellen's cousin Ashley in Quy Nhon, a provincial town that isn't really used to receiving tourists. The reason for that is that there simply aren't any... After a death ride in a minivan (death toll: 1 dog) I reached Ashley's apartment and was welcomed with the quote 'nice to hear an Antwerp accent once again', followed by a decadent though delicious fish dinner costing half a million dong. The next day I explored the town walking and visited among other things the beach, Long Khanh pagoda (where I was welcomed by an old nun in an extremely friendly way - we couldn't talk but understood each other perfectly), the fish market and walked around Sinh Thai lake. I felt a little bit like an alien there: almost all the children yell 'hello' at you and the adults keep staring because they see so little white people. The next day I cycled across the peninsula through the fishing villages for as much as the mud permitted. In between Ashley gave me some more insight in Vietnamese culture and habits, her work in the waste management sector, the means the girls use not to get a tan (hat, umbrella, mouth mask and long gloves), expanded my rather very limited knowledge of Vietnamese language and introduced me to the local cuisine, for example a drink made from swallow's saliva. Also, the Vietnamese way of bicycling I find very intriguing: 2 (sometimes even 3) people on 1 bike and 4 feet on the pedals. The one sitting in the back hold the umbrella in case of rainfall - this looks like something to incorporate in the Antwerp climate plan!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten