From Bangkok I took the train to Ubon Ratchathani where a local johnny with blond hair brought me from the train station to the international bus to Laos in his Toyota with Audi stickers everywhere. When I got on the bus I immediately noticed that I was the only farang who was taking this route. At the quite unorganized border crossing it also became clear to me that not too many farangs use this border passage. Pakse in itself is a small and quiet town where there is actually nothing to do and that is exactly the charm of it. I walked through town in two hours, visited two temples and ended on the Mekong, got to know Pieter from Mechelen and went for dinner with him. In the restaurant along the Mekong which we chose, we were the last customers (curfew at midnight) and the family took place next to us. To conclude the evening we got offered a glass of lao lao (the local poison) from them which we had to drink bottoms up. The next morning I had planned to leave for Si Phan Don but accidentally ran into Ashley and her new colleague Anke who were escaping from Vietnam and especially Tet (Vietnamese new year). Because Ashley had to work a little, Anke and I hired a motorbike to go to Wat Phu Champasak, a temple ruin which in itself isn't very spectacular but the way towards it and the ferry across the Mekong made it an enjoyable day.
Current location
Current location: Bandar Seri Begawan, Brunei Darussalam
vrijdag 11 februari 2011
Entering Laos: Pakse
Vanuit Bangkok nam ik de trein naar Ubon Ratchathani waar een plaatselijke blond geverfde johnny me in zijn Toyota met overal Audi-stickers van het treinstation naar de internationale bus naar Laos bracht. Toen ik op de bus stapte, bleek al snel dat ik de enige farang was die deze route volgde. Ook aan de rommelige grenspost aangekomen werd het me duidelijk dat er niet al te veel farangs deze grensovergang gebruiken. Pakse zelf is een klein en rustig stadje waar eigenlijk geen hol te beleven valt en dat is precies de charme ervan. Ik wandelde erdoor in een tweetal uurtjes, bezocht twee tempels, eindigde aan de Mekong, leerde Pieter uit Mechelen kennen en ging met hem 's avonds iets eten. In het restaurant langs de Mekong dat we gekozen hadden, waren we de laatste gasten (avondklok om middernacht) en de familie nam plaats naast ons. Om de avond af te sluiten kregen we van hen een glaasje lao lao (het plaatselijke vergif) aangeboden hetgeen in één teug naar binnen moest. De volgende morgen wilde ik naar Si Phan Don vertrekken maar liep geheel toevallig Ashley en haar nieuwe collega Anke tegen het lijf die Vietnam en vooral Tet (Vietnamees nieuwjaar) ontvlucht waren. Vermits Ashley wat moest werken, huurden Anke en ik een brommertje naar de Wat Phu Champasak, een tempelruïne die op zich niet zo heel spectaculair is maar de rit er naartoe en de overzet over de Mekong maakten het tot een geslaagde dag.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
awel, precies wa kilo's bij gekomen ;-)
BeantwoordenVerwijderenGroetjes, Greg
Awel Gregory, dat noemen ze nu een moneybelt... :-) Iets enorm praktisch om paspoort, geld, bankkaarten en documenten in te bewaren, alleen ziet het er inderdaad niet uit.
BeantwoordenVerwijderen